Jaarrapportage 2020

Juni 2021 

Stand van zaken vierde convenantsjaar

Het vierde convenantsjaar stond in het teken van corona. De pandemie heeft niet alleen grote gevolgen voor kleding- en textielbedrijven in Nederland, maar ook voor bedrijven en arbeiders in de productielanden. Het Convenant Duurzame Kleding en Textiel (CKT) bewees juist in die crisistijd wat het waard is.

Door het coronavirus kwamen merken en winkels in de problemen. Wereldwijd kwamen fabrieken stil te staan, vanwege een lockdown of een gebrek aan grondstoffen, of als gevolg van annulering van orders of uitstel van betaling door afnemers. De sluiting van fabrieken had direct gevolgen voor de arbeiders in productielanden. 


Due diligence in coronatijd
Voor de CKT-partijen was het al snel duidelijk dat het er juist in een crisis op aan komt om gezamenlijk invulling te geven aan IMVO. Een crisis vraagt bij uitstek om met gepaste zorgvuldigheid (due diligence) te handelen. In diverse verklaringen riep het CKT merken, retailers, leveranciers, regeringen, vakbonden, brancheorganisaties, maatschappelijke organisaties en multilaterale organisaties op tot samenwerking. Allereerst om het inkomen en de gezondheid van kledingarbeiders te beschermen, maar ook om de toeleveringsketens toekomstbestendiger, weerbaarder, duurzamer en eerlijker te maken.


In april ondertekende het CKT een verklaring van een grote groep gelijkgestemde organisaties en een call to action van de ILO. In juni kwam het CKT met een aanvullende verklaring. Het CKT riep inkopende bedrijven concreet op om: 

  • alleen maatregelen te nemen in goed overleg met partners in de keten (dus niet eenzijdig); 
  • orders die in productie zijn of al geproduceerd zijn niet te annuleren; 
  • materialen en arbeid te betalen voor orders die in productie zijn of al geproduceerd zijn;
  • geen kortingen te bedingen onder dreiging van het annuleren van orders.


Webinar voor CEO’s/topmanagers

De coronacrisis maakte nog maar eens duidelijk dat IMVO niet beperkt kan blijven tot de MVO-/ CSR-afdelingen van bedrijven, maar ook betrokkenheid van CEO’s en andere managers behoeft. Het CKT organiseerde daarom in mei samen met Modint, Inretail en Solidaridad een webinar voor het management van kledingbedrijven. Minister Sigrid Kaag voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking opende de bijeenkomst. Bij monde van een vertegenwoordiger onderstreepte ze het belang van IMVO, juist ook tijdens de coronapandemie. Het doel van de bijeenkomst was om CEO’s en andere managers in coronatijd te betrekken bij due diligence en hen handvatten te geven voor verantwoorde inkooppraktijken, nieuwe duurzame businessmodellen en het genereren van voldoende cash flow om aan hun verplichtingen te voldoen. De bijeenkomst telde ruim 130 deelnemers.   


Aandacht voor betere inkooppraktijken
De verbetering van inkooppraktijken is een belangrijk aandachtspunt binnen het CKT. Een van de instrumenten die bedrijven kunnen gebruiken om hun inkoopbeleid te analyseren, is de Purchasing Practices Self Assesment tool (PPSA), ontwikkeld door het ACT on Living Wage-initiatief. Het CKT en het Duitse Partnerschap voor Duurzame Textiel (PDT) publiceerden in juni een gezamenlijk rapport met de zelfbeoordeling van de inkooppraktijken van 42 CKT- en PDT-bedrijven. Dit betrof overigens de situatie vóór de COVID-19-pandemie. Het rapport leverde waardevolle inzichten op over de manier waarop bedrijven omgaan met bijvoorbeeld wijzigingen in bestellingen, betalingsvoorwaarden en prijsonderhandelingen.

Een ander instrument om tot betere inkooppraktijken te komen, is een ‘Two Way Code of Conduct’. Met zo’n gedragscode committeren zowel de inkoper als de leverancier zich aan bepaalde uitgangspunten om elkaar in staat stellen gestelde doelen, zoals leefbaar loon, te realiseren. Inmiddels hebben 27 CKT-bedrijven een Two Way Code of Conduct ontwikkeld. 


OESO Alignment Assessment
De werkwijze van het CKT sluit goed aan bij de OESO-richtlijnen op het gebied van due diligence voor de textiel- en schoenensector. Dat bleek uit het OESO Alignment Assessment, waarvan de resultaten in 2020 bekend werden. Als sterke punten van het CKT noemt de OESO onder meer het voorkomen van misstanden, de prioritering van risico’s, het maatwerk voor midden- en kleinbedrijven, het betrekken van het topmanagement en de aandacht voor inkooppraktijken. Wat volgens de OESO beter kan, zijn onder meer de aandacht voor de prioritering van de juiste risico’s, voor gender en de toegang tot het klachten- en geschillenmechanisme voor betrokkenen in de textielketen. Aan deze punten wordt in 2021 opvolging gegeven; zie ook de reactie van het CKT op het OESO Alignment Assessment.


Transparanter beoordelingskader
Het secretariaat van het CKT geeft jaarlijks een beoordeling van bedrijven, aan de hand van het beoordelingskader. Dit kader bevat de praktische invulling van de OESO-richtlijnen voor IMVO. Het beoordelingskader is in 2020 uitgebreid en transparanter gemaakt, om nog duidelijker te maken wat van deelnemende kleding- en textielbedrijven wordt verwacht. Het beoordelingskader besteedt ook aandacht aan de punten die naar voren kwamen uit de OESO Alignment Assessment. 


Eerste klacht ingediend bij KGC
De onafhankelijke Klachten- en Geschillencommissie (KGC) van het CKT deed eerder al uitspraken in twee geschillen. In 2020 werd voor het eerst een klacht ingediend. Dit betrof een klacht van Arisa over de schending van werknemersrechten door kledingbedrijf C&A. In december deed de KGC uitspraak. In de eerste helft van 2021 volgt een uitspraak over een tweede klacht. De uitspraken van de KGC vormen belangrijke informatie om het klachten- en geschillenregelement van het CKT te optimaliseren. Hierover wordt door een speciale taakgroep met de KGC overlegd. Gezamenlijk stellen zij aanbevelingen op voor de stuurgroep, onder meer over de transparantie van het klachtenproces, de ontvankelijkheid en de opvolging van klachten.