Jaarrapportage 2020
Juni 2021
Negen thema’s voor due diligence
Grondstoffen (8/9)
Door het gebruik van duurzamere grondstoffen kunnen bedrijven hun impact op mens en milieu sterk terugdringen. CKT-bedrijven zijn verplicht jaarlijks hun gebruikte grondstoffen door te geven. Uit deze data blijkt dat het aandeel duurzamere grondstoffen stijgt.
Steeds meer bedrijven gaan aan de slag met duurzamere grondstoffen als biologische katoen, Better Cotton, gerecyclede polyester en gecertificeerd dons. In 2019 was het aandeel duurzamere grondstoffen opgelopen tot 38 procent, in 2018 was dit 28 procent. De CKT-bedrijven zetten hiermee opnieuw een stap naar een duurzamere keten (zie figuur 3).
Het CKT stimuleert bedrijven meer gebruik te maken van duurzamere grondstoffen door te laten zien wat de risico’s zijn, door duurzamere opties inzichtelijk te maken, door trainingen te geven en bedrijven te beoordelen op de voortgang op dit thema.
Figuur 3 Aandeel duurzamere grondstoffen bij CKT-bedrijven
Lisette Fortanier, Wibra
‘Betaalbaarheid en duurzaamheid moeten samengaan’
Het Nederlandse familiebedrijf Wibra zet in op duurzame materialen, te beginnen met katoen. In 2021 moet 5 procent van de ingekochte katoen biologisch (GOTS) of duurzamer (BCI) zijn, in 2030 moet dat zijn opgelopen tot 100 procent, vertelt CSR-manager Lisette Fortanier.
Mag duurzaam wat meer kosten?
‘Wij richten ons op mensen met een kleinere portemonnee die betaalbare spullen zoeken voor hun dagelijks leven: kleding, textiel, schoonmaakartikelen en speelgoed. Die spullen moeten wel veilig en eerlijk worden geproduceerd en ook veilig zijn in gebruik. Betaalbaarheid moet samengaan met duurzaamheid.
We zijn begonnen met katoen; dat is binnen ons assortiment de meest gebruikte grondstof. De productie ervan kost niet alleen veel water, er worden ook veel pesticiden en chemicaliën gebruikt. Dat willen we terugdringen. Biologische en/of betere katoen is iets duurder dan ‘gewone’ katoen. We hebben er het afgelopen jaar voor het eerst mee geëxperimenteerd. We hebben nu rompertjes en theedoeken van biologische katoen in onze winkels liggen. Ondanks de wat hogere prijs worden die producten goed verkocht. Toch kunnen we hieruit nog geen conclusies trekken, want het was vanwege corona een uitzonderlijk jaar. De winkels zijn lange tijd gesloten geweest. We zijn voor het eerst met een webshop gaan werken. Maar we zijn zeker benieuwd in hoeverre onze klanten geïnteresseerd zijn in duurzamere producten en daar ook best iets extra’s voor willen betalen.”
Van 5 naar 100 procent betekent dat er nog heel wat moet gebeuren.
“Dat zal ook niet in één keer gaan. Wij hebben langetermijnrelaties met leveranciers. Zij kunnen niet van de ene dag op de andere alleen duurzamere of biologische katoen leveren. Het aandeel GOTS-gecertificeerde katoen groeit, maar dat heeft wel tijd nodig. Dat geldt ook voor de katoen van het Better Cotton Initiative, waar wij in 2021 lid van zijn geworden. Daarnaast hebben we te maken met ontwikkelingen in de markt. Vorig jaar waren er bijvoorbeeld problemen met de levering van GOTS gecertificeerd katoen. Een deel van de oogst was mislukt en er bleek sprake van fraude. Daardoor gingen de prijzen omhoog en konden bepaalde orders toch niet met GOTS gecertificeerd katoen geproduceerd worden.”
Levert verduurzaming jullie als bedrijf ook iets op?
“Absoluut. De stappen in het due diligence proces leveren inzicht op in onze ketens; we weten nu waar onze producten worden gemaakt en krijgen ook steeds meer inzicht in de herkomst van materialen. Inmiddels is voor 95% inzichtelijk waar onze textiel-artikelen worden geproduceerd. We hebben ook beter inzicht in de risico’s voor mensen, dieren en milieu en in wat we kunnen doen om die risico’s te beheersen. Het resultaat ervan is meer continuïteit in levering en een hogere kwaliteit. Het proces van verduurzamen helpt ons om onze bedrijfsvoering en inkoop efficiënter te maken. Daarmee besparen we zeker ook kosten.”
Wat is jullie drijfveer om tijd, geld en energie te steken in IMVO?
“We willen op een eerlijke en verantwoorde manier werken. Dat geldt zowel voor het management als voor de medewerkers. Het zit in ons bedrijf. Maar het hoort ook bij deze tijd. Elke onderneming moet met MVO aan de slag. Je moet weten waar je producten vandaan komen, onder welke omstandigheden die worden gemaakt en welke materialen daarbij worden gebruikt. Dat is voor je eigen bedrijfsproces van belang, maar het wordt door de buitenwereld ook van je verwacht. Als je achterblijft, heb je over een paar jaar een enorm probleem, zeker als er op dit terrein ook wetgeving komt.
Wibra zat de afgelopen jaren niet bij de koplopers op het gebied van IMVO, maar we beginnen nu wel op stoom te komen. Na katoen gaan we ook aan de slag met gerecyclede polyester en het verminderen van plastic verpakkingen. Wellicht komt er een biologische schoonmaaklijn bij. Uiteindelijk gaan we voor al onze producten door de hele keten heen en maken we onze doelstellingen steeds concreter.”