Jaarrapportage 2021

April 2022

twitter pictogram
facebook pictogram
print pictogram

Vooruitblik

Het tweede convenantsjaar staat in het teken van de verdere implementatie van het convenant. Daarbij staan verschillende activiteiten op het programma.

Het instrumentarium wordt uitgebreid met een thema-overzicht, met daarin informatie over specifieke thema’s die tot het beleidsterrein van ngo’s en vakbonden behoren.  

De aanbevelingen van de monitoringcommissie zijn zeer behulpzaam bij het bepalen van de stappen die in 2022 noodzakelijk zijn om de afgesproken convenantsdoelen te behalen. Daar gaan de convenantspartijen in het vierde convenantsjaar mee aan de slag.


In 2022 wordt de vinger aan de pols gehouden wat betreft de voortgang van het convenant. We benoemen de successen, brengen de tekortkomingen in kaart en bouwen daarop verder. Het instrumentarium wordt bijgeschaafd en uitgebreid om pensioenfondsen zo effectief mogelijk te ondersteunen bij hun beleidsontwikkeling, de implementatie daarvan en bij hun overeenkomsten met uitvoerders en dataleveranciers, in lijn met het convenant. 


Het is duidelijk dat er geen simpele oplossingen zijn voor de complexe vraagstukken in de investeringsketen. Juist daarom is het belangrijk dat pensioenfondsen met elkaar en met andere partijen samenwerken. Om dit te faciliteren, organiseren we ook in 2022 bijeenkomsten en webinars, zodat de expertise die bij alle partijen aanwezig is, kan worden gedeeld en benut. Ook vervolgen we de intervisietrajecten. De intervisiebijeenkomsten zijn in 2021 goed bevallen en kunnen behulpzaam en inspirerend zijn voor de eindsprint in 2022. 


Eind 2022 loopt de afgesproken convenantsperiode af. Alle inspanningen zijn erop gericht dat de pensioenfondsen dan goed op weg zijn met hun due diligence-processen en het invulling geven aan duurzaam beleggen. Het laatste jaar moet daarom ook worden gebruikt om te onderzoeken hoe de resultaten van het convenant kunnen worden behouden en wat er nog nodig is om grote duurzaamheidsvraagstukken aan te pakken. Ook ligt de vraag op tafel welke vorm van samenwerking passend is na het convenant. 


Beleggers kunnen actief bijdragen aan het effectief verduurzamen van de economie en de samenleving. Bij de ondertekening van het convenant, eind 2018, hadden velen zich niet kunnen voorstellen dat pensioenfondsen zouden besluiten niet meer in fossiele brandstoffen te beleggen. Toch hebben vier pensioenfondsen dat in 2021 gedaan. Pensioenfondsen maken dergelijke afwegingen zelfstandig. De samenwerking binnen het convenant biedt de fondsen wel voeding voor het denken over deze thema’s, via bijvoorbeeld intervisie, of via de themakaders, onder meer over klimaat. Het betekent dat pensioenfondsen steeds meer inzien dat hun beleggingsbeslissingen impact hebben op de koers van bedrijven. Het denken daarover ontwikkelt zich. Dat is belangrijk en nodig.  

Geen enkel pensioenfonds kan de wereld in zijn eentje verbeteren. Dit vraagt goede samenwerking tussen alle geledingen en partijen. Daarom is het belangrijk om  de goede samenwerking die de afgelopen jaren is gegroeid het laatste convenantsjaar optimaal te benutten, en na te denken hoe deze schat aan inzicht, kennis, opgebouwd vertrouwen en onderlinge versterking een plek kan krijgen na 2022.