Jaarrapportage 2020
Juni 2021
Vooruitblik
Het tweede convenantsjaar staat in het teken van de verdere implementatie van het convenant. Daarbij staan verschillende activiteiten op het programma.
Het instrumentarium wordt uitgebreid met een thema-overzicht, met daarin informatie over specifieke thema’s die tot het beleidsterrein van ngo’s en vakbonden behoren.
In 2020 hebben alle partijen ondanks de coronacrisis hun schouders onder het convenant gezet. De hoop is dat de omstandigheden in 2021 beter zijn. Niet alleen in Nederland, maar overal ter wereld. De coronacrisis treft immers de meest kwetsbare mensen en landen het zwaarst. De doelen waar we met dit convenant naar streven, zijn alleen maar urgenter geworden.
In 2021 ligt de focus in het brede spoor op de versnelling van de implementatie van de convenantsafspraken in het beleid en de beleggingspraktijk van pensioenfondsen. We organiseren webinars over de inhoud en de praktische implementatie van het due diligence-proces. Daarnaast breiden we het instrumentarium uit om pensioenfondsen extra handvatten te bieden. Ook starten we met intervisiesessies waarin pensioenfondsen kennis en ervaringen kunnen delen. Verder staan er diverse webinars op het programma, bijvoorbeeld over het themakader landrechten, alsook nieuwe publicaties, onder meer over beleggen in (post)conflictgebieden.
In het diepe spoor wordt in 2021 aan vier lopende casussen gewerkt. De eerste casus, de mijnbouwcasus, wordt afgerond. We vertalen de geleerde lessen naar het instrumentarium voor verdere kennisdeling in het brede spoor. De casussen palmolie, platformeconomie en kinderrechten in micamijnen lopen door. Daarnaast worden twee nieuwe casussen gekozen.
De monitoringcommissie meet in 2021 opnieuw de voortgang van het convenant. De peildatum is 30 juni 2021. In het vierde kwartaal van 2021 zal de commissie de uitkomsten van de meting presenteren en op basis daarvan aanbevelingen doen.
Al deze activiteiten en inspanningen dragen bij aan de versnelling die nodig is om de doelen te behalen die voor het brede en het diepe spoor zijn afgesproken en aan de integratie van due diligence in het beleid en de beleggingspraktijk van pensioenfondsen.
Popuptrigger 2
Popuptrigger 3
Popuptrigger 4
Peter Ras, voorzitter werkgroep Gezamenlijke prioriteiten:
‘De dilemma’s liggen open op tafel’
In de bijeenkomsten van de werkgroep Gezamenlijke prioriteiten liggen complexe casussen en grote dilemma’s op tafel. Peter Ras, beleidsadviseur van Oxfam Novib, voert de werkgroep aan.
“In onze werkgroep bespreken we casussen met als doel daaruit lessen te trekken, zodat de verzekeraars effectiever hun rol kunnen spelen om misstanden op het gebied van mensenrechten en arbeidsrechten en schade aan het milieu en dierenwelzijn tegen te gaan. De verzekeraars hebben daarin als beleggers hun eigen verantwoordelijkheid, maar overheid, ngo’s en de vakbond kunnen helpen om scherp te krijgen wat er mis is en wat ertegen gedaan kan worden.
Tijdens de eerste bijeenkomst stond de identificatie en prioritering van ESG risico’s centraal. Eén van de casussen betrof een Amerikaans vleesverwerkend bedrijf waar schendingen van dierenrechten, arbeidsrechten en milieuovertredingen aan de orde waren. Verzekeraars gaven inzicht in hun beleggingsproces en de verschillende bronnen die zij gebruiken om ESG-risico’s te integreren in hun besluitvorming. Ngo’s gaven gedetailleerde informatie over de genoemde problemen en gaven suggesties om deze aan te pakken.
De tweede casus was een mijnbouwbedrijf in Brazilië dat verantwoordelijk was voor de ramp met de dam waarbij begin 2019 meer dan 230 doden vielen. Wat betekent die ramp voor de slachtoffers, de nabestaanden en voor de mensen die weg moesten van hun land? Hoe kun je als belegger bevorderen dat mensen gecompenseerd worden voor de geleden schade? Kun je voorkomen dat zo’n ramp zich nog een keer voordoet? En heb je alle relevante informatie om optimale beleggingsbeslissingen te nemen? Daar ging het gesprek over.
In de tweede bijeenkomst stonden dialoog en engagement met bedrijven over de aanpak van ESG-schendingen, alsmede uitsluiting van bedrijven centraal. De eerste casus ging over de palmoliesector en de risico’s op schending van landrechten, biodiversiteit en ontbossing. De tweede casus ging over controversiële wapenhandel. Het risico hierbij is dat bedrijven wapens leveren aan regimes die zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen. In het najaar van 2019 volgt een derde bijeenkomst over herstel en verhaal voor slachtoffers van ESG-schendingen door bedrijven.
Lessen trekken
Het doel van de casusbesprekingen is om er samen lessen uit te trekken en die later dit jaar te publiceren. Wat kunnen verzekeraars doen om in situaties als deze verbeteringen te bewerkstellingen en wat kunnen partijen binnen het convenant gezamenlijk doen? Het is verhelderend om de dilemma’s open op tafel te leggen. Al kijken we er als partijen soms verschillend naar, we krijgen beter inzicht in elkaars visie en redenering en dat brengt ons dichter bij elkaar.
Als we er in slagen om uit elke casus samen lessen te trekken en daar vervolgens ook naar te handelen, dan hebben we met dit convenant zeker iets bereikt. Door de inspanningen te intensiveren, elkaar beter te informeren en gezamenlijk op te trekken, verhogen we de druk op bedrijven om verantwoordelijkheid te nemen en misstanden in hun keten aan te pakken.”
Jaap Bartels, adviseur Bedrijven en Mensenrechten bij Amnesty International:
‘Verzekeraars hebben grote invloed en verantwoordelijkheid’
De ngo’s die aan het IMVO Convenant Verzekeringssector deelnemen, trekken als geleding samen op. Jaap Bartels (Amnesty International) over de inbreng en verwachtingen van de ngo’s.
“Het eerste jaar was in onze ogen een mooi begin, maar er is nog veel te doen. Bij dit convenant doen zes ngo’s mee: Oxfam Novib, Amnesty International, Save the Children, PAX, World Animal Protection en Natuur & Milieu. De lijn die we volgen, is gebaseerd op de UN Guiding Principles on Business and Human Rights en de OESO richtlijnen voor multinationale ondernemingen, inclusief de thema’s die niet of onvoldoende in deze internationale richtlijnen zijn vervat, zoals landrechten en dierenwelzijn.
Verzekeraars die lid zijn van het Verbond van Verzekeraars of Zorgverzekeraars Nederland zijn automatisch gebonden aan het convenant. Dat is een heel belangrijk gegeven, want daardoor is ongeveer 95 procent van de Nederlandse verzekeringsmarkt met het convenant gedekt.
In het eerste jaar hebben we de processen ingericht. Daarnaast werken de werkgroepen hard aan onder meer de themakaders en aanbevelingen waarmee verzekeraars hun due diligence kunnen versterken. Het doel is dat verzekeraars de negatieve impacts van beleggingen op mens, dier en milieu voorkomen, tegengaan en bijdragen aan herstel. Er zitten een paar schakels tussen, maar het uiteindelijke doel is dat de situatie on the ground verbetert.
Voor elke verzekeraar is er de noodzaak en de mogelijkheid om meer verantwoord te beleggen. Dat begint al bij het analyseren en identificeren van negatieve impacts op milieu, sociale omstandigheden en ondernemingsbestuur (ESG). Dit gebeurt onder meer op basis van data die verzekeraars inkopen. Maar die informatie is vaak incompleet vergeleken met de informatie die wij uit ons netwerk krijgen. Sommige risico’s en daadwerkelijke negatieve impacts komen daardoor niet of onvoldoende in beeld. Ook wanneer er engagement heeft plaatsgevonden en het bedrijf aangeeft verbeteringen te hebben doorgevoerd, is het belangrijk de informatie daarover te valideren. In de praktijk zien we namelijk dat negatieve impacts soms blijven voortduren.
In samenwerking met onze lokale partners helpen wij als ngo’s de verzekeraars graag om de data aan te vullen en hun analyse te verbeteren, ook al is dat soms complex. In sommige regio’s worden belangrijke bronnen van informatie zoals vakbondsleiders en mensenrechtenverdedigers geïntimideerd, bedreigd en zelfs vermoord.
De komende jaren zijn er flinke stappen nodig om de doelstellingen van het convenant waar te maken. Alle deelnemers staan er positief en constructief in. Het vertrouwen tussen de partijen groeit en dat is een basisvoorwaarde om effectief samen te werken. Daarnaast hebben wij ook de taak om kritisch te zijn. En te wijzen naar het punt op de horizon waar we naar toe willen. De financiële sector, inclusief de verzekeraars, beleggen in alle sectoren over de hele wereld. Zij hebben grote invloed, zeker als ze met elkaar en andere grote beleggers samenwerken. En daarmee ook de verantwoordelijkheid om een drijvende kracht te zijn die andere sectoren verantwoord laat ondernemen.”